Wat mag er in de droger
Het is verleidelijk om al het wasgoed tegelijk in de droger te doen. Niet elk stuk wasgoed is eigenlijk geschikt voor in de droger. Dit is vaak niet op het eerste gezicht te zien, dus in dit geval moet u zich houden aan de onderhoudslabels:
- Symbool voor niet geschikt voor droogtrommel: Een vierkant met een cirkel in het midden, doorgestreept
- Symbool voor geschikt voor de droogtrommel met verlaagde temperatuur: vierkant met stip in het midden
- Symbool voor volledig droogtrommel: vierkant met in het midden twee stippen
De juiste instelling
Drogers hebben verschillende instellingen. De termen spreken voor zich.
"Strijkvochtig" betekent dat het wasgoed alleen zo wordt gedroogd dat het gemakkelijk en bijzonder gemakkelijk kan worden gestreken. Het restvocht dat nog in het wasgoed zit, wordt gladgestreken.
"Kastdroog" is geschikt voor alle stukken wasgoed die niet gestreken worden. Je kunt ze opvouwen als ze uit de droger komen en in de kast stoppen.
"Extra droog" en "Zeer droog" zijn zelden nodig - deze instellingen verbruiken veel energie en maken het wasgoed ook iets harder en brozer. Ze mogen alleen bij speciale gelegenheden worden gebruikt - bijvoorbeeld wanneer het wasgoed uit de droger onmiddellijk in een rugzak wordt gestopt, waar zelfs een kleine hoeveelheid restvocht nog een muffe geur kan veroorzaken.
Vul correct
Net als bij de wasmachine is er een gewichtslimiet op de droger. Er mag niet meer gewicht in de trommel worden gestoken dan toegestaan. Omdat niemand het natte wasgoed echt weegt, heb je een bepaald gevoel voor verhoudingen nodig om de droger niet te vol te laden. Bij twijfel iets minder invullen.
Geen wit en gekleurd wasgoed samen in de droger doen en alle knopen en ritsen sluiten.
tips en trucs
Om ervoor te zorgen dat de droger zo min mogelijk hoeft te werken, stelt u bij het wassen de hoogst mogelijke centrifugeersnelheid in. Hoe hoger de centrifugeersnelheid, hoe sneller en energiezuiniger de droger kan werken.
