De berekening is gebaseerd op gestandaardiseerde maten
Volgens DIN EN 12056-3 zijn verschillende - nogal verwarrende - waarden nodig om de juiste maatvoering van de dakafvoer te berekenen. Sommige waarden kun je in tabellen opzoeken, andere moet je zelf uitzoeken.
Relevante waarden in DIN EN 12056-3
- Regen
- Afvoer van regenwater, ook bekend als Q, en
- Donatie van regenwaterafvoer, ook wel bekend als qr
- Afvoercoëfficiënt
- Nominale maat (van leidingen)
- Dakoppervlak
De regendonatie is de hoeveelheid neerslag die op een hectare per seconde valt - de intensiteit van de neerslag in l / s per hectare.
De hemelwaterafvoer wordt gedefinieerd als de hoeveelheid regen in l / s die aan de afvoer wordt toegevoerd, de regenwaterafgifte is de hemelwaterafvoer op basis van een bepaalde oppervlakte, ook in l / s per hectare.
De verhouding van beide waarden tot elkaar resulteert in de zogenaamde runoff-coëfficiënt. Voor daken die geen water bergen is het 1,0 omdat hier niets wegsijpelt of wordt opgeslagen, 0,5 voor grinddaken en meestal 0,3 voor groendaken.
Uit andere tabellen, die in DIN EN zijn opgesomd, kan vervolgens op basis van de neerslagwaarden de juiste verhouding dakoppervlak tot regenpijpdiameter exact worden bepaald. Dat is echter een behoorlijk wiskundig probleem.
Dit is hoe de berekening werkt
- Papier en pen
- rekenmachine
1. Bepaal de hoeveelheid neerslag
U moet voor uw gebied de hoeveelheid neerslag en de hemelwaterafvoer bepalen
2. Deel de hoeveelheid neerslag door het aantal basisaansluitingen
Als er meerdere basisverbindingen zijn, delen ze natuurlijk het resulterende bedrag.
3. Bepaal de maatvoering van de regenpijp
U kunt leren van DIN EN 12056-3.
4. Bepaal de verdeling van de goot.
Hiervoor kan ook DIN EN 12056-3 worden gebruikt.
Tips en trucs
Als de hele berekening je grijs haar oplevert, laat het dan gewoon door een architect doen - deze berekening maakt daar bijna deel uit van het dagelijks leven en duurt meestal een paar minuten. Dit scheelt u een hoop kopzorgen en veel moeite.