Fruit en insecten op het menu
Merels hebben twee lichaams- en maagvoeders die ze in overvloed vinden in tuinen en op wijngaarden:
1. Klein fruit zoals alle soorten bessen en druiven.
2. Kleine op aarde levende insecten zoals insecten en regenwormen
Bij het eten vernietigen ze het onrijpe fruit door erop te plukken en kunnen ze enorme misoogsten veroorzaken. Ze vliegen vooral graag naar bessenstruiken, kersenbomen en wijnstokken.
In bedden zijn ze vooral actief wanneer mulch is aangebracht. Dan voelen veel insecten zich veilig en vormen ze een rijke prooi voor de merel. Bij het pikken en bewortelen worden de perken doorgeploegd en laten vaak een enorme puinhoop achter.
Gebruik de bewegingsgewoonten van de merels om ze weg te jagen
In tegenstelling tot veel andere vogels zoals de Vlaamse gaaien of spreeuwen, vliegen de merels niet van bovenaf hun doelgebied binnen. Ze landen het liefst aan de rand van de verleidelijke tuin en springen in hun voedsel- en jachtgebied.
Deze eigenschap kan ideaal worden gebruikt bij het wegjagen. De relatief kleine merels kunnen visueel schrikken. Hun gezichtsvermogen is alleen goed ontwikkeld bij de grond en in de schemering. In de lucht en daarboven kunnen ze slechts vaag zien, wat de schok vereenvoudigt.
Merels hebben veel respect voor bewegende elementen. Hieraan toegevoegd is hun afkeer van rode kleur. De volgende afschrikmiddelen werken en doen de merels verdwijnen:
- Ballonnen gevuld met gas in signaalkleuren met bedrukte of geverfde ogen
- Stijve ravenpoppen van kunststof
- Swingende poppen van roofvogels
- Windturbines met reflecterende bladen
- Metalen geschenklinten of klatergoud hingen fladderend op
- Oude cd-schijven opgehangen aan transparante nylon koorden (vislijn)
tips en trucs
Als je je bedden wilt beschermen tegen het doorzoeken van merels, kun je konijnendraad of speciale anti-graafschermen op de potgrond op of onder de mulch leggen.
