Opzetten van de kas »Dat mag niet ontbreken

Functie en technische uitrusting

Bij het maken van een kas worden verschillende soorten gebruik en bijbehorende uitrustingskenmerken gebruikt:

  • Voor verwarming moeten warmteafgifteapparaten (ventilatoren, ventilatoren, radiatoren) worden geïntegreerd.
  • De ventilatie moet een permanente luchtverversing mogelijk maken zonder tocht te ontwikkelen.
  • Tegen sterk zonlicht moeten flexibele zonweringen (jaloezieën, rolgordijnen, gordijnen) worden geïnstalleerd
  • Om 's nachts de kas te kunnen betreden, dienen in ieder geval noodverlichting te worden aangebracht (zelfvoorzienende solarlampen zijn ideaal).

Voordat de details van de faciliteit worden gepland, moeten deze technische apparaten worden "verspreid". In dit plangebied zijn ook beschermde licht-, elektra- en wateraansluitingen opgenomen.

Bepaal plantgebieden

In de kas zijn er verschillende, ook combineerbare, plantruimtes:

  • Bedden in de grond
  • Troggen
  • Klimhulpmiddelen zoals roosters

Als de kas alleen wordt gebruikt voor overwintering, hebben troggen en individuele containers en vaten de voorkeur boven de grondbedden. Toepassing in het voorjaar is gemakkelijker en beschermt de planten.

De verschillende soorten planten hebben de voorkeur voor groeiplaatsen. Door te sorteren in nuttige planten, sierplanten en zaailingen ontstaat het idee om de binnenruimte te verdelen. Zonminnende planten worden dichter bij de ruiten geplaatst. Als de grond anders is (humus, aarde, pH-waarde, mineralen, kunstmest, etc.), moeten bedden fysiek gescheiden zijn (planken geplaatst).

Stand- en opslagruimte

Om een ​​kas voor te bereiden, wordt bij de planning rekening gehouden met een driedimensionale ruimte. Behalve voor kophoge grondplanten zoals grote struiken en kleine bomen, is het zinvol om meerdere niveaus te gebruiken.

Plantenbanken, -planken en -tafels kunnen ondersteuningsniveaus vormen. Ze moeten zo veel mogelijk open blijven om er ook onder te kunnen planten. Hout is een mogelijk materiaal, maar het moet worden beschermd tegen vocht en insectenplagen.

Trottoirs en ingangen

Om aandachtig telen mogelijk te maken, dient de inrichting zo te zijn ingericht dat de plantenliefhebber binnen armlengte bij elk bed kan. Alleen zo kun je bijvoorbeeld met je vingers het vochtgehalte van grond meten.

Toegangswegen die niet glad worden, zijn belangrijk. Omdat in een kas altijd vochtige aarde, water en andere gladde stoffen ontstaan, moeten gegolfde of anderszins stroeve platen of oppervlakken worden gemaakt.

Bij het aanleggen van paden en beplantingsgebieden moet altijd worden overwogen om schoon te maken. Schimmel ontwikkelt zich vaak in ontoegankelijke hoeken en gaten. Elke faciliteit moet toelaten dat alle planten en vaten van alle kanten kunnen worden bekeken.

tips en trucs

Stel je voor dat je planten levende wezens zijn als je je kas verbouwt. Zorg daarom voor voldoende spreidingsruimte, geen contact met naburige planten en een prettige toevoer van licht.

Interessante artikelen...