Eigenschappen van de bestaande ondergronden
In principe kunnen alle in de bouw gangbare ondergronden worden gebruikt voor het verwerken van egalisatiemassa (€ 21,49 bij Amazon *) of egalisatiemassa. De enige uitzonderingen zijn oppervlakken die niet absorberen, zoals die van plastic of metaal. Houten vloeren zijn daarentegen wel geschikt. De substraten moeten echter de volgende eigenschappen hebben:
- Je zou droog moeten zijn.
- Een overeenkomstig draagvermogen is vereist.
- De vloeren moeten de nodige stevigheid hebben.
- Stof, vuil, olie of vet en scheidingsmiddelen moeten verwijderd zijn.
Om de ondergronden voor te bereiden
Na het verwijderen van vuil, losse delen of andere onzuiverheden, dienen de zuigende ondergronden eventueel met een geschikt middel te worden voorbehandeld. Gebruik hiervoor geschikte middelen uit speciaalzaken en laat deze na het aanbrengen voldoende drogen voordat u de egalisatiemassa gaat gebruiken.
Creëer schuine lagen met de egalisatiemassa
Meestal wordt snelhardend materiaal gebruikt om schuine lagen te maken. De aangebrachte lagen, die tot enkele tientallen centimeters dik kunnen zijn, zijn al na enkele uren beloopbaar. Het materiaal wordt in verschillende stappen verwerkt:
- Meestal wordt eerst een contactlaag aangebracht. Dit kan bijvoorbeeld met een gladmakende troffel (€ 10,70 bij Amazon *).
- Vervolgens wordt het materiaal aangebracht in de gewenste laagdikte.
- Als u tijdens de verwerking de gewenste helling wilt bereiken, moet u de laag voorzichtig met een rechte rand afpellen. Werk met een meter of een waterpas met een verloopmarkering. Als u moet herwerken, verwijdert u eerst de meters en vult u de lege ruimtes in.
- Na een bepaalde tijd, tussen drie kwartier en een uur, kunt u het oppervlak afwerken met een sponsbord door het glad te wrijven met cirkelvormige bewegingen. Vergeet niet om het gereedschap daarna met water schoon te maken.
Tolerantiewaarden voor hellingen
Normaal gesproken mogen er geen hellingen zijn met een hoogteverschil van meer dan 3 millimeter per meter afstand. Bij het bepalen van de hellingshoek meet je best een grotere afstand in plaats van in één keer de totale hellingshoek te bepalen. Over een afstand van 2 meter mag er niet meer dan 6 millimeter hoogteverschil zijn. Als de vloer wordt gebruikt voor het leggen van tegels, zijn er nog lagere tolerantiewaarden.