Eigenschappen van constructiestaal
Tegenwoordig is het niet langer zinvol tussen “constructiestaal” en roestvrij staal, aangezien zo'n specifieke scheiding niet langer wordt gemaakt. Aan de andere kant wordt tegenwoordig de respectieve staalsoort meestal gespecificeerd om precieze eigenschappen te beschrijven. De voorvoegsel "S" in de staalaanduiding volgens EN 10025 biedt nog steeds een zekere oriëntatie voor de staalsoort en staat voor "Structural" - een massastaal voor staalconstructies dat ongelegeerd is.
Constructiestaalgroep
Zogenaamde basisstaalsoorten worden bijna altijd gebruikt als staalsoorten voor constructiestaal. Typische kwaliteiten die worden gebruikt voor staalconstructies zijn bijvoorbeeld:
- S235JR + AR
- S355J2 + N
Opties voor het harden van constructiestaal
In principe is het harden van constructiestaal vrij moeilijk omdat het koolstofgehalte van constructiestaal erg laag is (meestal minder dan 0,2%). Dit betekent dat er bij klassieke (en eenvoudige) hardingsprocessen zeer weinig martensiet wordt gevormd.
De klassieke manier van verwarmen en vervolgens koelen in ijswater zal bij de meeste werkstukken van constructiestaal weinig succes hebben. In ieder geval kan alleen de oppervlaktelaag van het werkstuk worden uitgehard (vanwege het lage koolstofgehalte); de kern van het werkstuk blijft ook na uitharding zacht en taai. Dit is echter in de regel ook wat u wilt als u in deze gevallen vervolgens uithardt.
Carbonering en verharding
Een goede optie is het zogenaamde carbureren. Het carboniseringsproces kan op verschillende manieren worden uitgevoerd, de meest voorkomende zijn:
- solide carbonering
- vloeibare carbonering
- gasvormige carbonisatie
- Carbureren onder lage druk
De eenvoudigste manier om dit te doen is carboneren met koolstofpoeder (vaste carbonering). Hiervoor wordt gebruik gemaakt van dozen gevuld met zogenaamd koolstofpoeder. De temperatuur tijdens het carboneren is ongeveer 930 ° C. Dit wordt meestal gevolgd door verdere verhardingsstappen, namelijk het eigenlijke verharden en ontlaten van het staal.
Het enige doel van het carboneren is om meer koolstof in de buitenste laag te brengen zodat daar een martensietlaag kan ontstaan. Uitharding vindt eenvoudig plaats door blussen (bijv. In water, hardingsolie of gesmolten zout). Door het staal te temperen (verhitten tot net onder het transformatiepunt) worden de interne spanningen in het staal verlicht, waardoor het nog beter bestand is.
tips en trucs
In de meeste gevallen zult u een dergelijk hardingsproces nauwelijks zelf kunnen uitvoeren als u niet over de juiste apparatuur beschikt (smederij, kolengranulaat, etc.). Maar loonhardingsbedrijven nemen dergelijke werkzaamheden meestal ook een keer voor kleine onderdelen op zich. Overigens worden tandwielen op dezelfde manier gehard om ze beter bestand te maken.