Past zich vaak niet aan
In de loop van de tijd blijf je thuis nieuwe apparaten kopen, nieuwe meubels of stoffering kopen, waardoor de waarde van de zogenaamde huisraad stijgt. Vaak wordt het ook verbouwd of toegevoegd.
Velen melden echter niet regelmatig de verzekeringsmaatschappij over veranderingen in het huishouden, die ook altijd een waardestijging betekenen. Het gevolg is dat de verzekerde op het moment van de schade onderverzekerd is, met soms ernstige gevolgen.
Bij waterschade zijn de volgende verzekeringen van toepassing:
- Huishoudelijke verzekering
- Verzekering voor huizenbezitters
- Aansprakelijkheidsverzekering
Verantwoordelijkheid van de individuele verzekeringsmaatschappijen
De woningbouwverzekering is verantwoordelijk voor schade aan het gebouw en de structuur van het gebouw (vloer, plafond, muren). Bent u zelf huiseigenaar dan meldt u dit bij uw eigen verzekeraar.
Bent u alleen huurder, dan is de huiseigenaar de verzekerde bij de opstalverzekering. Hij moet eventuele schade melden aan zijn verzekeringsmaatschappij. Als huurder heb je geen controle over een eventuele onderverzekering van de verhuurder, maar het kan zijn dat je de gevolgen moet dragen.
Alle schade en vernielingen aan meubels en spullen in het appartement meld je bij je eigen inboedelverzekering. Het is vooral belangrijk om ervoor te zorgen dat u niet onderverzekerd bent.
Een aansprakelijkheidsverzekering moet altijd uitkeren als het eigendom van iemand anders is getroffen door uw eigen waterschade. Dit kunnen naastgelegen gebouwen zijn, maar ook objecten en huisraad in aangrenzende appartementen. Een aansprakelijkheidsverzekering regelt ook alle schade die niet onder de inboedelverzekering valt.
Onderverzekering
De wettelijke basis voor onderverzekering is neergelegd in artikel 75 van de Wet op de verzekeringsovereenkomsten (VVG).
Onderverzekering bij huiseigenarenverzekering
Bij woningbouwverzekeringen is er altijd sprake van onderverzekering als het woongebouw een beduidend hogere waarde heeft dan het verzekerde bedrag dat met de verzekeraar is overeengekomen.
De waardering van het gebouw is gebaseerd op de zogenaamde taxatie 1914. Deze wordt ofwel ingeschat door een deskundige ofwel berekend op basis van de woonoppervlakte en kenmerken.
Een berekening op basis van de ingebouwde ruimte of met behulp van een omrekenformule van de aanschafkosten. Hiervoor wordt ook de zogenaamde bouwprijsindex gebruikt. Komt de aldus berekende waarde niet meer overeen met de werkelijke waarde van de woning, dan is er sprake van onderverzekering.
Als u echter een ontheffingsclausule voor onderverzekering heeft, bent u meestal aan de veilige kant. Een controle na renovaties en renovaties en indien nodig een herberekening is altijd handig - bijvoorbeeld na de installatie van een fotovoltaïsche installatie.
Onderverzekering bij inboedelverzekeringen
In sommige contracten voor woningverzekeringscontracten wordt ook afstand gedaan van onderverzekering. Ook hier moet u ervoor zorgen dat het maximaal overeengekomen verzekerde bedrag ook daadwerkelijk overeenkomt met de totale waarde van de inboedel.
Als er geen afstandsverklaring van onderverzekering in het contract is opgenomen, wordt de waarde van de items individueel bepaald aan de hand van een lijst. Nieuwe aankopen of extra aankopen leiden vaak tot een hogere waarde van de inboedel dan vermeld bij het afsluiten van de verzekering. De verzekering vergoedt de schade dan alleen naar verhouding:
Werkelijke vergoedingskosten = (schadebedrag x verzekerd bedrag): verzekerde waarde
Index aanpassing
Meestal is er een zogenaamde indexaanpassing. Volgens de consumentenprijsindex worden niet alleen de premies maar ook de verzekeringsbedragen in dezelfde mate aangepast. In de meeste gevallen dekt de indexaanpassing echter niet voldoende aanvullende waarden in het huishouden.