Drainage versus waterdicht maken
In principe voorziet DIN al in een afdichting van een gebouw tegen elke belasting. Bij nieuwbouw wordt de vloerplaat ook altijd waterdicht gemaakt (waterdicht beton, zogenaamde "witte kuip"). De afdichting moet - ook volgens DIN - zo worden uitgevoerd dat er geen water in het bouwweefsel kan dringen.
Een dergelijke afdichting, die is aangepast aan alle bekende en veronderstelde belastinggevallen, is op zichzelf voldoende om het gebouw en de bouwconstructie adequaat te beschermen tegen vocht.
Aan de andere kant is er DIN 4095, die voorziet in afwatering bij geschikte bodemgesteldheid om de funderingsplint watervrij te houden. Volgens de eisen van DIN is het gebouw bij hen
- Grondwater is onder de bodem of
- die zijn gebouwd in een fijnkorrelige ondergrond met sijpelend oppervlaktewater
Drainage is in deze gevallen noodzakelijk.
Afvoer soorten
Hoe deze afwatering eruit moet zien, is afhankelijk van de plaatselijke omstandigheden en wordt bepaald door de bouwplanner. De volgende soorten afwatering kunnen hierbij betrokken zijn:
- een menigte rond het huis
- een gebiedsafvoer
- een U-vormige afwatering voor huizen op hellingen
Afwatering is meestal onmisbaar op hellingen. In de regel mag u hier niet zonder (de planner beslist dat sowieso altijd). Oppervlaktedrainage voert het water weg van onder de vloerplaat, terwijl een ringdrainage regenwater en ander oppervlaktewater langs de keldermuren afvoert.
Afwatering is niet toegestaan in gebouwen die “in het grondwater staan”. Doorslaggevend zijn altijd de hoogst gemeten grondwaterstanden. Indien boven de onderrand van de fundering een afwatering zou ontstaan, zou dit leiden tot ernstige vochtschade aan het gebouw.
tips en trucs
Zelfs in oude gebouwen moet u niet naar eigen goeddunken afwatering aanbrengen. Doe dit nooit zonder deskundige planning en zoek beter advies. Daarnaast is afwatering bij een vochtige kelder meestal niet effectief omdat de oorzaak van een vochtige kelder meestal elders ligt.