Verwerkingsfout
Gips bindt zich zoals elke andere mortel (7,79 € bij Amazon *) door het water dat het bevat te verdampen. Het ontwikkelt zijn onmisbare eigenschappen zoals diffusie, weersbestendigheid en treksterkte pas als het goed wordt “opgehangen”. Als er scheuren in de muur in de buitenpleister zitten, komt deze los van de muur en begint af te brokkelen, dit kan te wijten zijn aan een verwerkingsfout. Typische voorbeelden zijn:
- Onjuist uitgevoerde mengverhouding
- Verkeerde en ongeschikte vulstoffen en toevoegingen
- Toepassing te traag of te snel
- Te weinig of te veel dikte van de externe pleister
- Te koude of te warme buitentemperaturen tijdens het verwerken en drogen
Let op de omgevingsomstandigheden
Vers gips heeft de meest stabiele en minder extreme externe omstandigheden nodig om perfect te harden. Hoge temperaturen, bijvoorbeeld door sterk zonlicht, zorgen ervoor dat het aanwezige water te snel verdampt. Het resultaat is een onvoldoende hydraulisch vasthoudeffect dat ontstaat.
Iets soortgelijks gebeurt wanneer de lucht vochtig en vochtig is, of wanneer de buitenpleister wordt gestrooid voordat deze voor de eerste keer is uitgedroogd. Om deze lasten en foutenbronnen te vermijden, worden de volgende beslissingen aanbevolen:
- Stukadoors "volgens het weerbericht" om extreme omstandigheden te vermijden
- Zorg indien mogelijk voor schaduw- en regenbescherming (ventilatie actief)
- Stel vers buitenpleister niet bloot aan vorst
- Indien mogelijk in de vroege zomer of vroege herfst gips
- Niet pleisteren in de winter en niet in de zomer
Naast een goede verwerking kan later verkruimelen ook worden tegengegaan door versteviging in de vorm van een stoffen vulling. Als het metselwerk vochtig is, kan een gedeeltelijke verkruimeling worden vervangen door de externe pleister over een groot oppervlak op te tillen.
tips en trucs
Als u kunt aannemen dat de buitenpleister goed is verwerkt, moet u ook rekening houden met ernstigere oorzaken als deze afbrokkelt. Controleer of uw pleister vocht trekt. In dit geval komt de mogelijke onafhankelijke droging tot uiting in de neiging tot afbrokkelen.