Verbod in de EnEV 2009
In de 2009-versie van de EnEV verbood de Duitse overheid nachtelijke opslagverwarming in woongebouwen met meer dan vijf wooneenheden.
Het gebruiksverbod zou ingaan op 31 december 2022-2023. Ook alle nachtverwarmers die vóór 1990 waren geïnstalleerd, werden getroffen. Er was nooit een verbod op alle andere nachtboilers, inclusief de meeste solide centrale warmteaccumulatoren.
Volgens de wet zouden alle nachtverwarmers die na 1990 zijn geïnstalleerd, gedurende 30 jaar vanaf het moment van installatie in bedrijf kunnen blijven en zouden dan van gebruik zijn uitgesloten.
Intrekking van het verbod
Door overwegingen met betrekking tot de energietransitie is in 2013 het verbod op nachtboilers volledig opgeheven. Volgens de huidige juridische status (2015) is er geen verbod meer op nachtopslagverwarming. Alle nacht-warmteaccumulatoren mogen blijven werken.
Redenen voor intrekking
Dit was gebaseerd op de overwegingen van de elektriciteitsleveranciers om de overtollige elektriciteit van windturbines te gebruiken om de elektrische warmteaccumulatoren op te laden om het net te ontlasten. Jaarlijks wordt ongeveer 407 GW aan elektriciteit opgewekt die niet kan worden gebruikt.
De circa 1,5 miljoen nachtverwarmers in Duitsland vertegenwoordigen een potentieel dat voldoende is om deze anders verloren gegane energie van de windturbines tijdelijk op te slaan en zo bruikbaar te maken. Voor de energietransitie is dat een voordeel, stellen de grote elektriciteitsbedrijven.
Critici van deze afweging stellen vooral dat de maatregel alleen zou moeten dienen om de elektriciteitsbedrijven dure investeringen in de netwerkinfrastructuur te besparen.
Veranderingen in verwarmingsstroom
Er zijn ook enkele wettelijke wijzigingen in de verwarmingsstroom, die nodig is voor nachtopslagverwarming.
Opening van de elektriciteitsmarkt voor verwarming
Het Bundeskartellamt heeft in verschillende procedures bevolen dat de elektriciteitsmarkt voor verwarming ook moet worden opengesteld voor alternatieve aanbieders. Zo kunnen alternatieve elektriciteitsaanbieders na dit besluit ook tegen lagere kosten zogenaamde “low load-tarieven” aanbieden.
Tot dusverre heeft geen enkele alternatieve aanbieder hiervan gebruik gemaakt - geen enkele biedt een laag tarief in heel Duitsland.
Afschaffing van de verplichting om verwarmingselektriciteit aan te bieden
In de loop van de openstelling van de verwarmingsstroommarkt zijn de regionale leveranciers ontslagen van de voorheen geldende verplichting om laaglasttarieven aan te bieden. Omdat deze tarieven voor elektriciteitsleveranciers sowieso niet rendabel zijn vanwege de liberalisering van de elektriciteitsmarkt, zijn laaglasttarieven niet overal meer verkrijgbaar bij regionale leveranciers. In plaats daarvan moet er duurdere huishoudelijke elektriciteit worden gebruikt.
