Hoe de plantaardige rioolwaterzuivering werkt
Na mechanische voorreiniging, waarbij eerst alle vaste stoffen in het afvalwater worden gescheiden, wordt het zogenaamde gele water naar de plantaardige rioolwaterzuiveringsinstallatie geleid.
In het eigenlijke reinigingsbassin wordt het afvalwater voornamelijk gezuiverd door de planten en micro-organismen die het bevat; in sommige gevallen kan ook een klaringsvijver worden aangesloten na de kleine rioolwaterzuiveringsinstallatie. Dit is echter niet absoluut noodzakelijk en is slechts een vrijwillige aanvullende maatregel.
Het door het plantaardige rioolwaterzuiveringssysteem gezuiverde water wordt ofwel in een ontvangend water geloosd of, minder vaak, door druppelen of lozen in het grondwater als er geen geschikt ontvangend water beschikbaar is.
In termen van hun ontwerp kunnen rioolwaterzuiveringssystemen op basis van kruiden heel anders worden ontworpen. De meest voorkomende soorten zijn overwoekerde horizontale of verticale filtersystemen, zoals vermeld in DWA 262. Daarnaast zijn er nog tal van andere uitvoeringsmogelijkheden.
Verschillende soorten rioolwaterzuiveringsinstallaties
- Helling druppelt
- overvolle wetlands
- Zwemeilanden
- Installaties met rioolslibgisting
Ook voor overwoekerde grond, het type systeem waar ook horizontale en verticale filtersystemen bij horen, zijn er diverse ontwerpmogelijkheden. Af en toe vindt men ook retentie-bodemfiltersystemen of speciaal ontworpen rioolwaterzuiveringssystemen.
Lopende reinigingsprocessen in plantaardige rioolwaterzuiveringsinstallaties
Afhankelijk van het type PKA vinden er verschillende reinigingsprocessen plaats. De biologische en biochemische processen in een PCA zijn buitengewoon complex en komen grotendeels overeen met processen die ook in de natuur plaatsvinden.
De planten, meestal riet of aanverwante planten, spelen een belangrijke rol en vervullen verschillende functies: ze nemen de meeste afvalwatercomponenten op die ze gebruiken voor hun groei. Hun wortels maken de grond los en verhogen zo de zuurstofdoorlaatbaarheid van de grond.
Het water wordt verder gezuiverd door de micro-organismen die stevig aan de bodem vastzitten. Ze zuiveren het water door verschillende biochemische processen op gang te brengen. Dit wordt het principe van biologische afvalwaterzuivering genoemd.
Plantaardige rioolwaterzuiveringssystemen zijn bijzonder effectief als het gaat om het verwijderen van stikstof uit afvalwater. Fosfor en ammoniak, die in veel afvalwaters voorkomen, kunnen ook praktisch volledig worden verwijderd door het rioolwaterzuiveringssysteem.
Economische efficiëntie van op planten gebaseerde rioolwaterzuiveringssystemen
Afhankelijk van het type en de structuur van de installatie, zijn de kosten voor het bouwen van een plantaardige rioolwaterzuiveringsinstallatie laag. De inspanning voor bediening en onderhoud is ook beperkt. In vergelijking met afvalwatervijvers hebben op planten gebaseerde rioolwaterzuiveringssystemen een consistent hoge reinigingsprestatie die onafhankelijk is van de weersomstandigheden.
Ecologische compatibiliteit
Ze kunnen tientallen jaren in bedrijf blijven zonder grote reparaties. Het water wordt op puur biologische wijze geklaard. Sommige soorten systemen werken volledig zonder externe energievoorziening. Dit maakt ze tot een zeer ecologisch alternatief.
Open watersystemen kunnen ook grote hoeveelheden CO2 binden en daarmee een ander bijkomend voordeel vervullen. Een plantaardige rioolwaterzuiveringsinstallatie kan harmonieus in het landschap worden geïntegreerd. Een nadeel hierbij is echter het relatief grote oppervlak dat nodig is voor andere soorten kleine afvalwaterzuiveringsinstallaties.
Dimensionering van rioolwaterzuiveringsinstallaties
Waterzuiveringsinstallaties worden altijd gedimensioneerd op basis van de zogenaamde populatiewaarde. Het inwonerequivalent of inwonerequivalent is de hoeveelheid afvalwater geproduceerd door een gemiddelde bewoner.
De kleinst mogelijke afmeting voor op planten gebaseerde rioolwaterzuiveringssystemen is 4 inwonerequivalenten. Er dient circa 4 - 5 m² per inwonerwaarde als benodigde ruimte gerekend te worden. De kleinst mogelijke systeemgrootte voor een eengezinswoning vereist daarom een oppervlakte van circa 20 vierkante meter.
tips en trucs
Verschillende soorten systemen hebben op bepaalde gebieden verschillende niveaus van verduidelijkingsprestaties. Het is daarom zinvol om het systeemtype zo nauwkeurig mogelijk aan te passen aan de gewenste verduidelijkingsmethode. Dit zorgt voor een hoge proceskwaliteit.