Functie van de ondervloer
Er wordt een fundamenteel onderscheid gemaakt tussen sarking en sarking membranen. Dakbedekkingsmembranen komen voornamelijk voor in niet-geïsoleerde daken. Het wordt onder de dakbedekking aangebracht en vormt een tweede watervoerende laag onder de eigenlijke dakbedekking van bakstenen of dakpannen.
Van onder naar boven is een dak als volgt opgebouwd:
- Onderlaag
- Tegenlatten en daklatten
- Dakbedekking
Het dakmembraan is zo bevestigd dat het licht doorhangt en vrij in de kamer hangt. Eventueel vrijkomende vloeistof kan van de tengellatten in de licht doorhangende film naar beneden lopen.
Een sarking-membraan wordt meestal op een stevige ondergrond bevestigd. Het onderlaagmembraan bedekt zowel de isolatie tussen de spanten als de isolatie boven de spanten bij warme daken.
Sarking-membranen zijn normaal gesproken open voor diffusie, maar een sarking-membraan is vaak dampdicht.
Ondervloer leggen
Zowel het dakmembraan als het dakmembraan worden parallel aan de dakrand gelegd. Bij een geventileerd dak eindigt het onderdakmembraan ca. 5 cm onder de nok zodat afvoerlucht ongehinderd kan ontsnappen. Bij een warm dak wordt het membraan in één keer over de nok gespannen. In beide varianten creëren de tengellatten voldoende ruimte tussen het onderdak- of onderdakfolie en de eigenlijke dakbedekking.
Stijgende onderdelen, d.w.z. dakkapellen, schoorstenen en schoorstenen moeten dicht worden afgesloten. Laat hiervoor de foliestroken naar boven lopen en bevestig ze aan het onderdeel. Zorg voor een ruime overlap, dit is de enige manier om optimale bescherming tegen wind en regen te garanderen.
Let bij het leggen van de afzonderlijke dakbanen op de nodige overlap. De aanbeveling is afhankelijk van het gebruikte product en is 10 - 20 cm. De afzonderlijke vellen moeten ook aan elkaar worden gelijmd; systemen van onderlegvel en een geschikte lijmoplossing zoals zelfklevende randen, afdichtingslijm of plakband zijn meestal in de handel verkrijgbaar.
Leg het onderdakfolie bij dakramen
Ook bij het dakraam is een strakke aansluiting van het dakmembraan noodzakelijk. Hoe u stap voor stap te werk gaat:
- Verwijder de latten in de buurt van het dakraam
- Snijd het dakmembraan in het gebied van het raam door
- Vul de tengellatten met panlatten
- Vouw de resulterende filmstroken rond deze delen en maak de uiteinden vast
- Vorm een goot met 40 cm lange stroken boven het raam, dit zal het water afvoeren naar de spanten ernaast.
- Dicht open hoekverbindingen af met lijm
- Installeer het dakraam in de raamopening