Waterdampdiffusie
Componenten kunnen worden onderverdeeld in diffusievaste en diffusie-open materialen. De basis van deze classificatie is wat bekend staat als dampdiffusie.
Waterdampdiffusie beschrijft het fysische fenomeen waarbij waterdamp door een monolithische (dwz uniforme) laag materiaal migreert. De migratierichting is altijd afhankelijk van de respectievelijke dampdrukgradiënt.
In het warme seizoen van het jaar diffundeert vocht meestal van buiten naar binnen in een gebouw. In de winter is de dampdrukgradiënt meestal zodanig dat het vocht de neiging heeft om van de binnenkant van het gebouw naar buiten te dringen.
De weerstand die een materiaal biedt tegen dit proces wordt in technische termen "diffusieweerstand" genoemd. Alle materialen zijn grofweg in te delen in de volgende klassen:
- open voor verspreiding
- diffusie-remmend
- diffusiebestendig
Diffusie-open en diffusiedichte pleisters
In het geval van pleistermortels kunnen deze eigenschappen worden gebruikt om twee grote groepen en een kleinere groep te verdelen:
- Alle kunstharspleisters zijn diffusiedicht
- Alle natuurlijke minerale pleisters zijn diffuus
- Nieuw ontwikkelde pleistersoorten, zoals silicaatpleisters of siliconenharspleisters, zijn slechts gedeeltelijk diffusiedicht
Voordelen van dampdoorlatende pleisters
In principe beschouwt men dampdoorlatende pleisters als bouwfysisch voordeliger. Ze laten vocht ontsnappen uit een muur bedekt met gips.
Hierdoor kunnen droogprocessen plaatsvinden en kan ook de luchtvochtigheid in de ruimte worden geregeld. Minerale pleisters zijn in tegenstelling tot kunstharspleisters niet waterafstotend - ze kunnen daarom een deel van de ruimteluchtvochtigheid zonder beschadiging opnemen en later weer loslaten.
Nadelen van dampdoorlatende pleisters
Dit wateropnamevermogen, dat kan variëren naargelang het type gips, is buitenshuis helemaal niet wenselijk.
Door weersomstandigheden, regen en sneeuw zou bij een waterbergende pleister vocht van buitenaf worden opgenomen en het gebouw kunnen binnendringen. Als het wateropnamevermogen erg hoog is, zou de pleister zelfs zachter worden of - zoals klei - volledig oplossen.
Kunststofpleisters worden daarom meestal buitenshuis gebruikt. De in dispersie aanwezige kunsthars (daarom ook wel dispersiepleister genoemd) zorgt voor een relatieve waterdichtheid, wat tegelijkertijd ook leidt tot diffusiedichtheid, aangezien de laag van beide kanten ondoordringbaar is voor water.
Andere buitenproblemen en oplossingen
Buiten hebben kunstharspleisters het nadeel dat ze geen vocht kunnen opnemen. Gezien de lange droogtijden is dit negatief. De langdurige vochtigheid van de pleisterlaag bevordert op zijn beurt de vorming van algen en ook de vorming van schimmel op de gevel.
Moderne ontwikkelingen zoals silicaatpleisters bieden uitkomst. Ze zijn niet volledig diffusiedicht, maar gedeeltelijk diffusiedicht en vormen zo een compromis tussen de twee soorten gips.
Een echte compromisoplossing is echter pas sinds kort beschikbaar: siliconenharspleisters. Ze laten vocht van binnen naar buiten diffunderen, maar zijn praktisch volledig waterafstotend van buiten naar binnen. Dit is buitengewoon gunstig voor het bouwweefsel.