Het principe van de telefoonaansluiting
Iedereen kent de stopcontacten met meestal drie verticale, zijdelings gekartelde stopcontacten voor telefoonkabelstekkers. Maar drie stopcontacten betekenen niet dat er ook drie telefoons kunnen worden aangesloten. De afwijkende buscodering en de interne kabelaansluiting laten dit niet toe en maken een kabelverlenging noodzakelijk.
Bij de drie-voudige telefoonaansluitingen (technisch TAE = telecommunicatieaansluiteenheid) worden de aansluitingen voor verschillende apparaataansluitingen gecodeerd met de coderingsletters N, F of Z. N betekent "Niet telefoneren", F staat voor "Telefonie" en Z voor "Extra apparaten". Apparaten die telefonie niet toestaan, zoals modems, antwoordapparaten of faxapparaten, kunnen op de N-aansluiting worden aangesloten. De F-aansluiting is voor telefoons, dus telefoons, en de Z-aansluiting is voor seriële data-interfaces, meestal ook voor modems. Meestal worden NFN- of NFF-telefoonaansluitingen geïnstalleerd (van links naar rechts gerangschikt).
Bij het verlengen van de telefoonlijn is het ook belangrijk om te weten dat het doorschakelen alleen kan plaatsvinden vanaf de zogenaamde 1e TAE. Deze 1e TAE (herkenbaar aan het geprinte 1 en krachtigere stopcontactontwerp) legt de verbinding met de lijn van de netbeheerder en is tevens zijn eigendom. Van hieruit kunnen ook diverse soorten extra telefoonaansluitingen worden aangesloten.
Verleng de lijn vanaf het 1e telefoonstopcontact
De 1e TAE heeft meestal 6 palen. Ze zijn van links naar rechts genummerd en hebben de volgende regelnamen:
- La: voor inkomend signaal van de netwerkoperator
- Lb: Voor inkomend signaal van de netwerkoperator
- W: voor extra wekker (rinkelen)
- E: Grond voor uitbreiding
- b2: signaal doorsturen
- a2: signaal doorsturen
De laatste twee aansluitingen zijn vooral belangrijk voor het verlengen van de telefoonlijn. Hier kunt u de signaalingangsdraden van de doorsturende telefoonkabel aansluiten. Hiervoor moet je eerst de telefoonkabel een beetje strippen en ook de afscherming (geluidsreducerende kunststof coating) verwijderen zodat je de losse aders bloot legt. U kunt de signaalingangskernen herkennen aan de rode (= La) en zwarte (Lb) omhulling. Dit doorstuurcircuit wordt een kettingcircuit genoemd.
U kunt de transmissiekabels ook rechtstreeks op de ingangsdraden in de La- en Lb-polen klemmen met behulp van het parallelle verbindingsprincipe. Dit wordt echter niet aanbevolen, vooral niet bij gebruik van een splitter en DSL.